‘Beschermde status onvoldoende voor Waddenzee’

Nieuws
Het Waddengebied ondervindt ondanks de
status van beschermd natuurgebied scha-
delijke gevolgen van de schelpdiervisserij.

Daardoor zijn bepaalde trekvogelsoorten in
aantal afgenomen.

Dat concluderen onderzoekers van het Ne-
derlands Instituut voor Onderzoek der Zee
(NIOZ) en de Rijksuniversiteit Groningen.
Voor het onderzoek werden beviste en niet-
beviste wadplaten met elkaar vergeleken.

De onderzoeksresultaten verschijnen dins-
dag in het online wetenschapsblad PloS
Biology.

De onderzoekers baseren hun bevindingen
op de kwaliteit van wadplaten als foerageer-
gebied voor kanoeten.
Deze trekvogels zijn voor hun voedsel voor-
al afhankelijk van kokkels, in het wad leven-
de schelpdieren.

Uit het onderzoek blijkt dat het wadopper-
vlak dat ongeschikt is als foerageergebied
voor kanoeten, met 21 procent is gestegen.

Deze kwaliteitsverslechtering schrijven de
onderzoekers toe aan bevissing.
Alleen in onbeviste gebieden behield het
wadoppervlak dat wel als foerageergebied
voldoet dezelfde omvang.

Bij schelpdiervisserij verandert op den duur
de samenstelling van de bodem. De boven-
ste vijf centimeter wordt omgewoeld.

Alle organismen die groter zijn dan 19 milli-
meter worden daarbij verwijderd.
Dat leidt tot een steeds grover sediment,
waarin schelpdieren in de Waddenzee zich
niet of nauwelijks vestigen.

Ook kunnen zij zich in grof zand niet goed
voeden, waardoor hun kwaliteit afneemt.

Volgens de onderzoekers heeft dit uiteinde-
lijk tot een daling van het aantal kanoeten in
de Waddenzee geleid.